WIJZIGINGEN IN DE SPAAR- EN BELEGGINGSFISCALITEIT

Einde juli stelde de regering haar ‘Zomerakkoord’ voor. De langverwachte verlaging en hervorming van de vennootschapsbelasting gaat helaas gepaard met een aantal nieuwe maatregelen die de spaarder en de belegger op verschillende manieren zullen raken. De aangekondigde maatregelen zouden ingaan vanaf 1 januari 2018. Wat treft u als belegger?

Abonnementstaks

De nieuwigheid die in de pers de meeste aandacht kreeg is ongetwijfeld de ‘abonnementstaks’ op effectenrekeningen. Er wordt een jaarlijkse heffing van 0,15% ingevoerd op Belgische en buitenlandse effectenrekeningen van natuurlijke personen. Deze taks viseert enkel rekeningen waarop aandelen, obligaties en beleggingsfondsen voorkomen. Pensioenspaarrekeningen en rekeningen verbonden aan levensverzekeringsovereenkomsten zijn niet onderworpen aan deze heffing.
De heffing is slechts verschuldigd voor zover de gemiddelde waarde van de effecten die een natuurlijk persoon op zijn effectenrekening(en) aanhoudt minstens € 500.000 bedraagt. Eens deze drempel is overschreden, zou de heffing verschuldigd zijn op de volledige waarde en niet enkel op het surplus. Wie op zijn effectenrekening(en) effecten met een gemiddelde waarde van minder dan € 500.000 aanhoudt, is vrijgesteld van deze heffing. Deze vrijstelling geldt per belastingplichtige.
De regering heeft al aangekondigd dat zij nadenkt over specifieke bepalingen om ontduiking van de abonnementstaks te beteugelen. In de aangifte personenbelasting zal in elk geval melding moeten worden gemaakt van het bestaan van meerdere effectenrekeningen. Hiermee hoopt de regering het kunstmatig opsplitsen van effectenrekeningen te ontraden.

Beurstaks

Nadat het tarief van de beurstaks in het verleden al meermaals werd verhoogd en haar toepassingsgebied werd uitgebreid tot transacties in het buitenland voor rekening van Belgische rijksinwoners, wordt het tarief van de beurstaks andermaal verhoogd. De beurstaks op transacties met obligaties wordt verhoogd van 0,09% naar 0,12%; de beurstaks op transacties met aandelen wordt verhoogd van 0,27% naar 0,35%. Het tarief van de beurstaks op de verkoop van kapitalisatiebeveks zou ongewijzigd blijven (1,32%).

Reynderstaks

Bepaalde meerwaarden bij inkoop of verhandeling van rechten van deelneming in bepaalde kapitalisatiebeveks zijn belastbaar als interesten en als dusdanig ook onderworpen aan de roerende voorheffing, de zogenaamde ‘heffing op het sparen’ of ‘Reynderstaks’. Het gaat om collectieve beleggingsfondsen die een bepaald percentage van hun vermogen beleggen in kwalificerende schuldvorderingen. Aanvankelijk ging het uitsluitend om fondsen die meer dan 40% van hun vermogen belegden in dergelijke schuldvorderingen, maar dat percentage is inmiddels al verlaagd naar 25%.
De regering heeft nu beslist om dit percentage te schrappen, zodat ook meerwaarden op rechten van deelneming in fondsen die minder dan 25% in schuldvorderingen beleggen onder deze belasting vallen voor het gedeelte van de meerwaarde dat betrekking heeft op beleggingen in schuldvorderingen.
Bovendien zullen ook dergelijke rechten van deelneming die niet rechtstreeks worden aangehouden, maar via een gemeenschappelijk beleggingsfonds als tussenvehikel, belastbaar worden.

Dit artikel werd geschreven door het advocatenkantoor DELBOO,  www.delbooadvocaten.be